Kinderen

"Kids are God; Pay attention" -Viggo Mortensen.

Deze uitspraak ben ik op mijn internetstrooptochten tegen gekomen en hij raakte me. Ik vond 'm ergens ook wat overdreven maar was toch hoofdzakelijk geraakt. Ik heb 'm uitgeprint en opgehangen en hij is steeds meer waarheid voor me geworden. Kinderen zijn zo puur en waar in alles wat ze zijn, eerlijk in hun behoeften, eerlijk in hun verlangens. En volgens mij kunnen we dat niet altijd goed zien, zonder dat we dat in gaten hoeven hebben trouwens. 

Wat staat er tussen ons en onze kinderen in?

We kunnen naar mijn idee kinderen niet altijd goedzien omdat er sociale codes meespelen. We hebben zonder dat we daar erg in hebben plaatjes en veronderstellingen over hoe kinderen zijn in ons systeem zitten, meegekregen door onze opvoeding (en die gaan over onszelf) of meegekregen door onze cultuur. Eén van de hardnekkige veronderstellingen over kinderen is dat ze altijd hun zin proberen te krijgen én dat dat een negatieve eigenschap is.  En de algemene opvatting is dat je daar als ouder vooral niet aan toe moet geven. Ik kreeg zelf eens te horen in zo’n situatie waarin Dylan aangaf wat ie wou: “Ja en nú moet je laten zien wie er de baas is!”  Daar kan je voor kiezen, maar als je het goed beschouwt: wat is er eigenlijk mis met het aangeven van wat je wil. Oké, de manier waarop kinderen dat in eerste instantie doen is niet altijd even charmant (dreinen, pushen), maar met het uiten van je behoeftes en je wensen is toch in feite niks mis! Als je dat niet gelijk negatief labelt, maar ziet als het uiten van een behoefte, hoef je zelf niet chagrijnig te worden en ben je creatiever in het zoeken naar oplossingen die voor beide partijen werken.

Een andere sociale code is dat kinderen niet goed weten wat goed voor hen is, en dat wij hen dat moeten leren.  Maar ik vraag mij steeds meer af of dat werkelijk zo is. Als ik kijk naar mijn eetgedrag bijvoorbeeld. Ik ben gek op boterhammen met roomboter en honing, op zich geen ongezonde snack, maar wel als je er zes van achter elkaar op eet. Als er lekker eten op tafel staat, eet ik door tot ik niet meer kan.  Heeft mijn lichaam  die hoeveelheid nodig? Nee. Er moet bij vermeld: ik ben van de generatie”eet-je-bordje-leeg”.  Dylan eet nooit meer dan ie nodig heeft, ook als ie iets heel erg lekker vindt, voelt ie op een gegeven moment zijn grens, en stopt met eten.  Heb ik hem dat moeten leren? Nee, dat doet ie van nature. Sterker nog, ik kan beter van hem leren hoe ik moet eten. Misschien een beetje een simpel voorbeeld, maar ik heb zelf de indruk dat kinderen in z’n algemeenheid heel goed weten wat goed voor hen is. Het geldt niet voor alles, toegegeven, want het is heel duidelijk dat veel tv-kijken niet goed is voor Dylan, hij wordt er erg hangerig van. Reguleren kan hij dat zelf (nog) niet. Maar als je dat in de lijn der evolutie bekijkt, zit het omgaan met tv niet in onze genen, want dat doen we relatief kort. 

Hoe ík probeer mijn kind te zien.

Da’s moeilijk even in het bestek van dit stukje uit te leggen. Ik zou er intussen misschien wel een boek over kunnen schrijven, en misschien ga ik dat nog wel doen ook, maar nu even kort. In de eerste plaats probeer ik me bewust te worden van mijn sociale conditioneringen. Dat vind ik eigenlijk niet zo moeilijk. Het is een kwestie van jezelf vragen stellen, en jezelf éérlijke antwoorden durven geven. Het tweede wat ik doe ligt véél en véél gevoeliger, ik probeer me bewust te worden van mijn eigen pijn en mijn eigen tekortkomingen die doorwerken in mijn gedrag.

Het is een soort therapie bedrijven met mezelf. Nu heb ik de mazzel dat ik dik drie jaar in therapie geweest ben, en een beetje een route gevonden heb waardoor ik oude dingen los kan laten. Maar ik kan me voorstellen dat dit voor jou een lastig ding lijkt. Is dat het geval, dan heb ik een goeie tip voor je: Inge den Boer-Benders maakt dit proces erg toegankelijk in haar boek Ouderliefde is niet genoeg. Ze beschrijft hoe je door vervelende ervaringen in je kindertijd hele stukken van jezelf hebt achtergelaten op het moment dat jou iets vervelends overkwam, alsof ze van je zijn afgesplitst. Het goeie nieuws is dat je deze kleine versies van jezelf ook weer terug kunt halen, naar het nu, zodat je weer een compleet mens wordt. Ze geeft er een hele mooie en doeltreffende oefening bij. (Er moet bij gezegd worden dat dit een enorm krachtige oefening is en als je veel onverwerkte dingen hebt liggen kan het nogal overweldigend zijn om dit te doen. Als je hierover twijfelt kun je misschien het beste een goeie therapeut zoeken die je kan begeleiden.)

Stel je voor dat je (zoals je nu bent) in een weiland ligt. Het is mooi weer en er is niemand in de buurt. Ga maar eens lekker op je rug in het zachte gras liggen. De zon schijnt en je wordt je bewust van die grote aarde onder je. Moeder aarde heet je welkom. Alles van jou is welkom: alle gevoelens angsten, woede, vreugde, verdriet. Alle fouten en gedragingen… Alles van jou is welkom. Ooit heb je in een bepaalde situatie er voor gekozen een deel van jezelf achter te laten. Dat kleine jongetje zal nu aan de rand van je weiland verschijnen . Hij wil terugkomen en heeft dat al vaak geprobeerd maar nu probeert hij het weer. Zie hem maar staan aan de rand van je weiland. Nodig hem uit om naar je toe te komen. (p.148 Ouderliefde is niet genoeg)

Deze oefening heeft als doel je weer met dat kind in je te verenigen. Ik vind het een erg doeltreffende manier om contact te maken met kleine versies van mezelf en ze weer in mijn volwassen ik te integreren. En het allerleukste is nog wel dat ik door dit soort dingen te doen, mijn eigen zoon helderder kan zien, omdat mijn blik en gevoelens minder vertoebeld zijn door mijn eigen ouwe troep. Daardoor voel ik me veel relaxter en krachtiger van binnenuit als moeder.

Het derde ding wat ik doe om mijn kind in al zijn levendigheid te kunnen zien, en dat doe ik pas sinds kort (zie mijn blog), is me focussen op zijn positieve eigenschappen. Het is zo simpel, maar zo doeltreffend! Ik ben van nature zo geneigd (en velen met mij) om vooral dat te zien wat niet loopt! Dat probeer ik dan om te buigen naar iets positiefs, maar dat lukt vaker niet dan wel. Maar nu ik me focus op Dylans vermogens in plaats van op zijn zwaktes, blijf ik me veel krachtiger voelen en ben ik veel creatiever in het ombuigen van zogenaamde negatieve gebeurtenissen.

En wat ik vooral probeer is deze dingen op een lichte en speelse manier te doen, joyful! Ik kan het natuurlijk best zwaar maken door het heel ernstig te zien allemaal, en me mijn fouten ernstig kwalijk te nemen, maar dat is voor mij niet leuk, voor mijn partner niet gezellig en voor Dylan al helemáál niet! Ik moet bekennen dat ik het een tijd lang best zwaar heb gemaakt, zonder dat door te hebben overigens. Nu ik lekkerder in m’n vel zit en het allemaal wat luchtiger aanpak, is het groeien hierin gaandeweg een mooi en vloeiend proces geworden!